Skip to main content

Wetenschappelijke expeditie naar Antarctica: een interview

2020-12-15

Op 28 november van dit jaar kwam BIRA-wetenschapper Alexis Merlaud aan op het Belgische Prinses Elisabeth-station op Antarctica. Zijn missie: het installeren van twee van onze instrumenten om lokale metingen van aërosolen in de atmosfeer uit te voeren voor het CLIMB-project van het Koninklijk Meteorologisch Instituut (KMI). De gegevens die met deze instrumenten worden verzameld, zullen de onderzoekers helpen om meer inzicht te krijgen in de massa-uitwisseling van poolijskappen, aangezien aërosolen de vorming van wolken en de hoeveelheid sneeuwval die verse lagen aan de ijskap toevoegen, sterk beïnvloeden.

Gelukkig voor ons heeft Alexis wat tijd gevonden om een paar van onze meest prangende vragen over zijn werk en ervaring op deze Antarctica-expeditie te beantwoorden!

Hoe ben je tot in Antarctica geraakt, en was het niet te lastig met de Covid-19 pandemie ?

Alexis : Het was inderdaad ingewikkeld omdat alle mensen die deel uitmaken van de expeditie naar Antarctica - het enige continent zonder gevallen van Covid-19 tot nu toe, en waar evacuaties duidelijk moeilijk zouden zijn - een quarantaine van 14 dagen moesten respecteren. We hebben die periode doorgebracht in chalets (max. 2 personen) op de Tafelberg, vlakbij Kaapstad (Zuid-Afrika). Een schitterende plek, maar we waren in strikte afzondering. Dit wil zeggen dat fysieke ontmoetingen niet waren toegestaan, zelfs niet onder ons, en natuurlijk mochten we ook niet buiten gaan in de stad of op drukke plaatsen. Boodschappen werden bij ons geleverd, en we mochten enkel buiten om op twee bepaalde paden naast het hotel te wandelen. We werden één keer getest voor we Brussel verlieten en twee keer tijdens de quarantaine.

Cargo plane
Landing in Novo, Antarctica.
Credit: International Polar Foundation (IPF)/ Alexis Merlaud

Tijdens die twee weken liepen we nog andere vertragingen op, bijvoorbeeld door het weer. Om te landen moeten de piloten een goed zicht hebben op de landingsbaan, wat in Antarctica maar een stuk ijs is. Zo’n landingsbaan is bijna onmogelijk te zien wanneer het te bewolkt is.

Wij waren de eersten die dit jaar landden op de startbaan in Novo, in een groot Ilyushin vrachtvliegtuig. Leden van de Belgische expeditie waren de mensen die de baan en de vliegtuiglogistiek op Novo verzorgen. Daarna namen we een kleiner vliegtuig (DC3) om van Novo naar het Prinses Elisabeth-station te vliegen. Omdat we niet alles in één keer konden inladen bleven de drie wetenschappers (van de in totaal 19 leden van de Belgische expeditie) en de wetenschappelijke coördinator nog twee nachten in Novo vanwege het weer.

In totaal waren we 28 dagen onderweg om van Brussel naar het Prinses Elisabeth-station te reizen. De quarantaine niet eens meegerekend is dat 11 dagen om aan te komen, wat lang is, maar niet ongewoon als men naar Antarctica wil gaan, zoals mij is verteld.
Een aangenaam aspect is dat we, omdat we allemaal getest zijn en in strikte afzondering werden gehouden, hier geen aandacht meer hoeven te besteden aan het virus (we dragen geen maskers etc...). De terugkeer naar de Covid-modus zal dus misschien verwarrend zijn (en nog meer voor diegenen die daar het hele seizoen zullen doorbrengen).

Tot wanneer blijf je daar dan, genietend van een Covid-vrij leven?

Alexis : Ik heb enkel een vaag idee van wanneer ik terug naar huis keer, want het hangt af van de weersvoorspellingen voor Antarctica en Brussel wanneer British Airways besluit te vliegen (ze hebben de vlucht vervroegd voor de heenreis, waarschijnlijk om de lege vliegtuigen op te vullen vanwege Covid-19). Maar ik ben van plan de eerste DC3-vlucht die vanuit het station vertrekt te nemen, die momenteel gepland staat voor 17 december.

Wat is je missie in het Prinses Elisabeth-station ? Wat voor resultaten verwacht je hiervan ?

Alexis : Ik heb een MAXDOAS- en een CIMEL-instrument van het BIRA op het dak van het station geïnstalleerd, om de optische eigenschappen van aërosolen te meten in het kader van het CLIMB-project van het KMI, waarvoor het BIRA dit jaar op Antarctica is. Ook moesten er KMI-instrumenten (een Brewer voor het meten van stratosferische ozon en UV-index, en een aethalometer voor het meten van roethoudende koolstof) worden geïnstalleerd. Er zal een database moeten worden opgebouwd met deze metingen voordat er informatie uit kan worden afgeleid. Voorlopig is het de bedoeling om de instrumenten zo nauwkeurig en operationeel mogelijk achter te laten.

maxdoas & cimel
Het MaxDoas- (links) en CIMEL- (right) instrument geïnstalleerd op het dak van het station.
Credit: IPF/Alexis Merlaud

Maar in de nabije toekomst is er wel al iets interessants: dit jaar duurt het stratosferische ozongat langer dan normaal, en het is op dit moment nog steeds open boven ons. Onze KMI-collega's kunnen dit zien in de gegevens van het Brewer-instrument dat we net hebben geïnstalleerd. Daarbij hebben we ook extreme UV-indices gemeten. Het is belangrijke informatie voor de mensen die op het station werken en op Antarctica in het algemeen.

Tot slot heeft het BIRA ook andere automatische instrumenten ter plaatse (pyrano voor straling, antenne voor whistler-radiogolven) en ik probeer de operaties zoveel mogelijk vooruit te helpen. De bandbreedte is uiteraard vrij laag, dus het is nuttig om iemand ter plaatse te hebben.

Sampling the ice
Wetenschapper Armin Sigmund (École polytechnique fédérale de Lausanne) die de
dichtheid van de sneeuw voor het station meet.
Credit: IPF/Alexis Merlaud

Natuurlijk ben ik ook gekomen om Antarctica te ontdekken. We nemen monsters van het ijs, de sneeuw en de rotsen op het Antarctische plateau en aan de kust. Ik ben zeer geïntrigeerd om op ontdekking te gaan in deze ‘andere wereld’, de grootste woestijn op de planeet. Maar dit deel van de missie is nogal moeilijk omdat we veel vertraging hebben opgelopen bij aankomst, en het weer werkt momenteel niet mee. Mijn twee collega's zullen hier waarschijnlijk de hele kerstvakantie blijven en dit bemonsteringswerk afmaken. Moest ik geen kinderen hebben zou ik hen daarbij helpen. Zo’n lange tijd weg zijn van mijn familie is het enige aspect van deze missie waarmee ik het moeilijk heb.

Het moet ongelooflijk zijn om in Antarctica te zijn ! Wat was je eerste indruk?

Alexis : Het moment wanneer ik uit het vliegtuig en op de landingsbaan in Novo stapte was magisch. Het weer wal heel goed: de onderste helft van de wereld was puur wit, de bovenste helft puur blauw. Er waren geen ramen in het vrachtvliegtuig, dus het was een verrassing wanneer ik uitstapte.

Iets wat zeer snel opvalt is dat je alle notie van afstand verliest: de rots die uit het ijs uitsteekt en die een paar honderd meter verderop lijkt te liggen, kan eigenlijk 10 km verderop liggen.

Hoe ervaar je de extreem lage temperaturen ?

Alexis : De temperatuur is niet zo extreem, we zitten rond de -10°C, en we zijn goed uitgerust voor de kou dankzij de International Polar Foundation. Het is de wind die moeilijk tegen te houden is, en die ervoor kan zorgen dat het 10 graden kouder aanvoelt, zoals nu het geval is, en de wind kan nog dagen anhouden. Ik hoop dat ik de omgeving toch een beetje zal kunnen ontdekken voor ik vertrek.

Het landschap rond het station is zeer mooi (het Sor Rondane-gebergte aan de ene kant, het ijs aan de andere), maar het is natuurlijk niet mogelijk om er zonder gids naartoe te gaan. Toen we aankwamen hebben we een kort stuk om de berg heen gestapt die er net tegenover ligt, de Utsteinen. Dat was prachtig.

Heb je ook dieren gezien ?

Alexis : Buiten de homo sapiens gerekend heb ik twee vogelsoorten gezien : zuidpooljagers en sneeuwstormvogels.

South polar skua & snow petrel
De zuidpooljager (links) en de sneeuwstormvogel (rechts)

 

News image 1
News image legend 1
BIRA-wetenschapper Alexis Merlaud installeert instrumenten op het dak van het Belgische Prinses Elisabeth-station op Antarctica.
Credit: International Polar Foundation (IPF)/Alexis Merlaud
News image 2
News image legend 2
Alexis laat een atmosferische meetballon los.
Credit: IPF/Alexis Merlaud
News image 3
News image legend 3
Wetenschapper Preben Van Overmeiren (Universiteit Gent) analyseert de gegevens van de atmosferische meetballon in een mobiel labo.
Credit: IPF/Alexis Merlaud